We ontmoeten zaakvoerder Ruben Wuyts uit Wijer, tussen Sint-Truiden en Hasselt, wanneer hij aan het werk is bij één van zijn vaste klanten in Diest. Deze tuin werd aangelegd door een collega, maar wordt intussen al jaren door Ruben onderhouden. Vanuit zijn passie voor groen zoekt hij ook elke keer weer naar nieuwe en innovatieve […]
We ontmoeten zaakvoerder Ruben Wuyts uit Wijer, tussen Sint-Truiden en Hasselt, wanneer hij aan het werk is bij één van zijn vaste klanten in Diest. Deze tuin werd aangelegd door een collega, maar wordt intussen al jaren door Ruben onderhouden. Vanuit zijn passie voor groen zoekt hij ook elke keer weer naar nieuwe en innovatieve technieken om voor zijn klanten het beste uit hun tuin te halen.
Ruben Wuyts: ‘In 2006 ben ik in bijberoep gestart als tuinaannemer, als hoofdberoep werkte ik als werknemer in een tuincentrum. Hier kreeg ik al snel veel verantwoordelijkheid over aan- en verkoop in de winkel. In 2013 vond er een overname plaats en dat bracht automatisch nieuwe eigenaars met zich mee. Het werd mij snel duidelijk dat dit de ideale kans was om volledig zelfstandig te worden. Het was met een klein hartje dat ik eraan begon, maar als ik erop terugkijk dan hebben we sinds de eerste dag nooit stilgezeten en altijd genoeg om handen gehad. Als ik morgen opnieuw de kans kreeg, dan zou ik dezelfde keuze maken.’
Ruben: ‘We zijn geleidelijk aan kunnen groeien tot een compact team met drie vaste, jonge en gemotiveerde werknemers. Dankzij een beroepsopleiding bij de VDAB is Kenneth, mijn rechterhand, op mijn pad gekomen. Hij had een sterke basis in tuinonderhoud door zijn werk op de groendienst. Door hier te werken heeft hij dan de verfijnde technieken en het omgaan met klanten geleerd. Dat laatste is niet altijd even evident, maar o zo belangrijk. De balans tussen mijn ervaring en hun enthousiasme zorgt voor een sterk en goed op elkaar ingespeeld team.’
Ruben: ‘Op de rustigere momenten hebben we voldoende werk voor de vaste werknemers. Wanneer het drukker is, doen we beroep op jobstudenten of interims. Twee teams blijft de beste optie voor mij, dan kan je het maximum uit je werk halen. Doordat ik mijn collega Kenneth kan vertrouwen en verantwoordelijkheid geven, kunnen we op twee plaatsen tegelijk kwalitatief werk verrichten. We gaan ook wel vaak samen in één team. Maar dat is vooral bij onderhoud of een heel groot werk zoals het aanleggen van grasmatten. Dan kunnen we volledig inzetten met de hele groep op het sneller afwerken van het project. Mijn vader is 75 jaar en dus al even met pensioen, maar die kan het niet laten om mee de handen uit de mouwen te steken. Van onschatbare waarde, de hulp die je krijgt van je ouders. Mijn materiaal kan ik op het ouderlijk bedrijf opbergen waardoor mijn ouders heel nauw betrokken zijn. Dat maakt dat het team en mijn ouders ook een zeer goede band hebben met elkaar.’
Ruben: ‘Mijn ouders hadden vroeger een aardbeienkwekerij en mijn overgrootvader een landbouwbedrijf met veeteelt. Het hard werken en zelfstandig zijn heeft altijd in de familie gezeten. Ik ben begonnen in een Latijnse studierichting, maar dat bleek geen match te zijn. Al snel hadden ze thuis door dat ik nog moest uitzoeken wat ik echt graag wilde doen en gelukkig kreeg ik ook die kans. Ik bracht uiteindelijk mijn middelbaar door op de Tuinbouwschool Onze-Lieve-Vrouw in Sint-Truiden. Ondanks mijn roots in de landbouwwereld ging mijn voorkeur uit naar tuinbouw. Die richting was mij op het lijf geschreven. Ik ging heel graag naar school en het werd mij snel duidelijk dat dit iets was dat ik nog heel lang zou doen. Ik kan wel echt zeggen dat ik daar mijn passie voor groen en tuin ontdekt heb.’
Ruben: ‘Ik ben toen begonnen met de opleiding groenmanagement in Diepenbeek. Op een gegeven moment was ik meer bezig met werken dan met studeren en ging ik in de vakanties en vrije momenten mee met een tuinaannemer om de kneepjes van het vak te leren. Nadat ik met mijn hogere studies ben gestopt ging ik van start als installateur van tuinmeubelen in een tuincentrum. Zodra men wist dat ik mijn fytolicentie had, heeft men mij overgeplaatst naar de aan- en verkoop van de afdeling tuin. Ik heb vooral geleerd om met mensen om te gaan. Je moet als tuinaannemer meer kunnen dan enkel het aanleggen en onderhouden van groen. Het maken van offertes, onderhandelen en vooral ook mensen meenemen in je verhaal: het hoort er allemaal bij. Uit elke ervaring leer je wel iets.’
Ruben: ‘Ik zag zeer snel dat werken met de juiste machines wel écht een meerwaarde kan zijn. Soms kun je niet anders en we durven zeker de spade nog eens vastnemen hoor. We hadden een tijdje terug een gesloten bebouwing waar we maar liefst acht weken onder andere stronken met de hand uitgegraven hebben omdat we er niet met een machine binnen konden. Dat hoort er ook bij en geeft een extra motivatie om dankbaar te zijn voor de luxe van met een machine te kunnen werken.’
Ruben: ‘Dat is momenteel iets meer onderhoud dan aanleg, al staan er inmiddels volgend jaar weer leuke aanlegprojecten op de planning. Er kruipt veel tijd in onze planning voor grote klanten waar we wekelijks moeten langsgaan. Voor aanleg moeten klanten een jaar wachten. Ik reken dan vanaf de aanvraag tot de oplevering van het hele project. Dat geeft de opportuniteit voor de klanten om rustig in gesprek te gaan met de aannemer voor bijvoorbeeld een zwembad, omdat we dit zelf niet doen. Ook voor verharding werken we samen met collega’s. Het is een bewuste keuze om het volledige aanlegproject niet op mij te nemen: minder kopzorgen en vooral minder stress. We hebben een vaste boomverzorger en grondwerker die hun stiel kennen en op wie we steeds kunnen rekenen. Je kan alles zelf doen, maar uitbesteden kan voor iedereen een voordeel hebben. Want je kan alles alleen doen en groter materieel kopen, maar kopen om in de schuur te staan, dat is niet onze missie.’
Goede klanten hebben een must-have
Ruben: ‘Naar mijn team toe wil ik aanzetten tot correct werken met klanten zodat de waardering en het respect in twee richtingen lopen. Binnen het team hetzelfde. Een simpele goedemorgen, een koffie, samen een pintje drinken: het zit in kleine dingen. Het is een extra boost om de dag te starten, dat zal elke tuinaannemer erkennen. Dat is wat motiveert om samen te werken.’
Stijgende vraag voor manueel onderhoud
Ruben: ‘Momenteel maaien we bij sommige klanten één tot twee ker per week met onze zeroturns. Enerzijds met onze triple geveerde Ferris ISX 800 Z omdat de ondergrond op sommige plekken zoals in een bos of weide niet gelijk ligt en daardoor onaangenamer rijdt. Anderzijds zetten we onze Toro Titan X 5450 in voor fijner maaiwerk en om op de nattere stukken minder te beschadigen. De kanten doen we met onze Stihl-mulcher en met onze bosmaaiers werken we af rond de bomen. Iedereen rijdt ook met de machine waarmee hij het beste kan werken. We merken de laatste tijd dat meer en meer klanten er de voorkeur aan geven om hun gras manueel te laten onderhouden in plaats van een robotmaaier te laten installeren. Vaak kiezen ze voor het visuele plaatje van de strepen, net zoals op een golfterrein.’
‘Elk grasveld vraagt zijn eigen manier van onderhoud. Bij sommige gazons moeten we snijden aan de kanten. Schoffelen doen we om het onkruid weg te houden. Daarvoor hebben we twee machines van het merk Poel. Die zijn zo ontworpen dat je ze kan bevestigen op een combimotor van Stihl. Naast onze machines om te schoffelen hebben we verschillende opzetstukken voor de Stihl-combimotor. Onder meer de powerschoffel, graskantensnijder, een haagschaar, bladblazer, haagschaar …’
‘Verder zijn we ook beizg met een flymower én het liefst op batterijen. Aan de kanten waar de grond natter is en onze zeroturns of grasmaaier niet kunnen rijden, zoals in de buurt van een gracht, is het beter om te kiezen voor een lichtere machine die zo min mogelijk schade aanricht. We wachten nog af om te kopen omdat bij de machines die ik al mocht testen de batterij te snel leeg raakte.’
Sterk machinepark voor elk werk
Ruben: ‘Bij de kleinere machines werken we met acccu- en brandstofaangedreven machines. Wanneer je de hele dag moet maaien ben je weinig met een accumachine. Dan ben je meer aan het opladen en sleuren met batterijen dan effectief aan het werken. Bij onze haagscharen, trimmers en terugsnoeiers hebben we één terugsnoeier op benzine omdat we merken dat het in de winter moeilijker is om het maximale uit de batterijen te halen. Een elektrische kruiwagen van het merk Lumag type MD500EPRO zorgt voor aangenamer en ontspannen werken. Met meer laadvermogen, minder last aan de rug en vooral: vlotter en geruisloos.’
‘Daarnaast hebben we op bepaalde plaatsen veel last van vallende beukennootjes of eikels die weg moeten. Met de hand is dit onbegonnen werk dus kochten we een manuele opvangmachine waar elastische vingers naast elkaar op een rij staan die de vruchten oprapen. Dan worden ze door de schraper losgemaakt en vallen ze in de opvangbak. Ik ben aan het kijken om een grotere machine te kopen om achter mijn kleine tractor te hangen. We hebben verder een kleinere machine van Wolf-Garten om noten op te rapen. In onze zoektocht naar de ideale bladblazer op wielen viel ons oog op een Billy Goat type Force F1002SPV. Geen gewicht op de rug en zelfrijdend. Ten slotte hebben we nog onze Hitachi-minigraver van 1.900 kg die we voorzien hebben van verschillende aanbouwdelen: een rippertand, bakken in diverse maten, verschillende rooi- en terreinharken alsook een superhandige sorteergrijper. Daarmee kunnen we ons goed uit de slag trekken.’
Alternatieve middelen voor onkruidbestrijding
Ruben: ‘Ook het onkruid verdelgen we met specifieke machines: een brander van het merk Hoaf, een borstelmachine van Nimos die het grootste vuil wegborstelt en een Kersten K 1500 waarmee we alles opvegen. Wat nadien overblijft daar gaan we met onze (infrarood)brander over. Tegenwoordig heb je veel gravelpaden en aangelegde parkings waarop je niet kan branden omdat je anders het antiworteldoek eronder beschadigt.’
‘Voor die plekken heb ik een investering gedaan in een onkruidverdelger op stoom, een MM Eco Pickup 1000 met een vat van 1.000 liter water. Deze combinatie zet je op je aanhanger. Er zit een stroomgroep in waardoor je in je eigen elektriciteit voorziet. Het principe is dat van een hogedrukreiniger die opwarmt van 70 tot maximum 140 graden en op deze manier het onkruid milieuvriendelijk elimineert. Verder kun je daar ook nog muren en bestrating mee reinigen. Volledig autonoom en zonder kabels.’
‘We zoeken echt wel naar alternatieve(re) methodes om onkruid te verwijderen zonder de bodem onnodig te beschadigen. In heel warme zomers is het verwijderen van onkruid met onze gasbrander een no-go vanwege de verhoogde kans op brandgevaar. Mocht het niet anders kunnen dan wordt het met de grootste omzichtigheid gedaan. Bij regen werkt het nog beter, omdat het meeste effect bereikt wordt door het temperatuurverschil.’
Ruben: ‘Nee, jammer genoeg niet. Ik ken wel iets van machines, maar niet genoeg om ze volledig open te vijzen, het probleem te zoeken en het op te lossen. Ik kan rekenen op mijn vaste dealer, de Machinevriend in Zolder. Voor ons is het ook zo dat wanneer een machine in panne valt, we zelf verder kunnen met een vervangmachine. En dat zowel bij de grote als kleinere machines. Binnen de week ben ik geholpen als de onderdelen er tijdig zijn. Ik moet hier even voor rijden, maar ik krijg hier uitstekende service. Het mag iets prijziger zijn als de service maar goed is. Daar valt of staat een dealer mee.’
Ruben: ‘Als iets goed gaat dan blijven we daar ook bij. Voor het bestellen van plantsoen werken we al jaren met dezelfde kwekerijen over heel België. Intussen weten we waar de goede kwaliteit te vinden is. Niet zelden halen sommige kwekerijen bomen op oudere leeftijd naar hier, die dan meestal afsterven. Het beste is dat bomen hier worden gekweekt en zo van begin af aan kunnen meegroeien in het huidige klimaat. Dan krijg je sterke en vooral gezondere bomen. Ook de grond waarin de boom geplant staat, blijft belangrijk. Wanneer men kweekt in volle en zware grond in plaats van in zand dan is de kans op uitval groter heb ik ervaren. Als ik vraag aan mijn vaste leverancier om mij jonge bomen aan te leveren van 1,50 tot 1,75 meter dan zal ik ook bomen krijgen met een gemiddelde van de twee formaten die ik vroeg.’
Ruben: ‘Ik heb geld nodig om leveranciers en personeel te betalen, maar vooral voldoening voor mezelf. Dat laatste krijg ik door elke dag in het groen te staan.’
Ruben: ‘Zowel de planning als de administratie doe ik volledig zelf. Dat maakt dat ik een goed overzicht op mijn werk heb. De planning deed ik vroeger op voorhand. Maar eens je het werk aan het doen bent, kom je nog geregeld in onvoorziene omstandigheden. Je kan starten met lege dagen in te plannen, maar dan nog moet er gepuzzeld worden. Klanten meermaals verzetten maakt dat je voltijds aan het rondbellen bent en tijd verliest. Ze weten rond welke periode we komen en wanneer het zo ver is, geven we een seintje opdat ze op de hoogte zijn. Toen ik nog alleen was, werkte ik ook veel op zaterdag. Maar door de komst van kinderen heb ik dan besloten om van maandag tot vrijdag te werken en zaterdag de focus te leggen op de planning, klanten informeren, bezoeken indien nodig en offertes. Ik werk liever tijdens de weekdagen door om tijdens het weekend op te laden en maandag fris te kunnen starten.’
Ruben: ‘Niet bewust. We hebben een eigen website aangezien dat vaak het eerste aanspreekpunt is voor klanten. We hebben zelfs geen bestickering op onze bedrijfsvoertuigen. We zijn vooral werkzaam in Hasselt, Sint-Truiden en Diest en hebben hier een groot klantenbestand opgebouwd. Onlangs hebben we van onze vaste boomverzorger zijn klanten voor onderhoud overgenomen die we tot volgend jaar al hebben ingepland dus extra reclame is momenteel niet aan de orde. Mensen moeten weigeren is op een gegeven moment ook geen goede publiciteit meer.’
Ruben: ‘In de eerste plaats zal er altijd werk genoeg zijn én vooral voor iedereen. Laten we nuchter kijken naar duurzame oplossingen en vooral kijken wat voor onszelf goed werkt en daarin blijven verdergaan. Zo lang ik dit werk elke dag met plezier en een lach kan doen ben ik écht gelukkig.’ §