Het Amerikaanse Ferris, dat deel uitmaakt van de Briggs & Stratton-groep, heeft een sterke reputatie op vlak van zeroturngrasmaaiers: robuust gebouwd, een geveerd chassis en dito maaidek en voorzien van degelijke techniek om comfortabel te rijden. We zijn vorig jaar enkele dagen met de IS 6200 aan de slag kunnen gaan. Algemene indruk? De krachtpatser […]
Het Amerikaanse Ferris, dat deel uitmaakt van de Briggs & Stratton-groep, heeft een sterke reputatie op vlak van zeroturngrasmaaiers: robuust gebouwd, een geveerd chassis en dito maaidek en voorzien van degelijke techniek om comfortabel te rijden. We zijn vorig jaar enkele dagen met de IS 6200 aan de slag kunnen gaan. Algemene indruk? De krachtpatser uit het gamma met een 48 pk sterke CAT-motor blijft doorgaan.
Die maaicapaciteit kon er nooit zijn zonder de CAT-motor die aan de Stage 5-emissienormen voldoet. Deze driecilinder met 1,7 liter inhoud haalt 48 pk bij 2.800 toeren. Als dat met een geveerd en robuust 1,80m-maaidek met drie mulchmessen, een dubbele brandstoftank van 51 liter, een geveerd chassis en een stoel met hoge rugleuning wordt gecombineerd, dan heb je een bom van een machine. Eerlijk gezegd: deze maaier koop je omdat je hem wil hebben.
Zeroturnrijden vraagt altijd opnieuw gewenning om de rijhendels niet te los te houden of niet te star. Niets daarvan bij deze 6200: de beide rijhendels werken heel soepel en zijn door een gasveer bekrachtigd, of beter, gedempt. Net daardoor is de machine nauwkeurig in het spoor te houden en raken de armen en polsen niet vermoeid. De ‘steun’ voor je armen vind je hier in de rijhendels zelf, dankzij deze gasveerbekrachtiging. De ‘gasveerhulp’ blijft star genoeg om niet te schokken bij het bedienen en toch soepel genoeg om weinig kracht te vragen. Dit is moeilijk te beschrijven of te tonen, je kunt dit enkel maar aanvoelen.
Het gepatenteerde onafhankelijke ophangsysteem van Ferris is net wat de maaier zo uniek maakt. Bij deze maaier gebruikt de fabrikant een geveerde voorwielophanging met onafhankelijke bevestigingsarmen en grote, verstelbare spiraalgeveerde schokdempers. De onafhankelijke ophanging achteraan gebeurt met dubbele A-armen en grote, regelbare spiraalveren.
Het maaidek met een werkbreedte van 183 cm is op 4 punten met het chassis verbonden. Via een parallellogramsysteem wordt de maaihoogte geregeld. Deze is in stappen van 0,6 cm regelbaar tussen 3,8 en 15,2 cm. Met een pedaal wordt het dek hydraulisch op en neer gelaten.
Dankzij de vorm van het maaidek en de zeroturn kunnen er heel vlot hoeken en kanten mee worden uitgewerkt. Door de constructie van het maaidek wordt het gras vooraan in de snijkamer ‘opgelicht’ voordat het het maaimes raakt. Dit zorgt voor een mooi snijbeeld en vraagt minder vermogen. Doordat elk wiel onafhankelijk aan het chassis is afgeveerd, volgt het dek mooi de contouren van het terrein wat eveneens het maaibeeld ten goede komt. Zelfs bij ongelijk terrein of bij een hoge rijsnelheid.
Naast de mulchversie waar wij mee reden, biedt Ferris dit dek nog aan in achteruitworp en met zij-uitworp. Het dek is gemaakt uit 3,54mm- plaat met een dubbel bovendek over de volle breedte en een versterkte voorrand.
Dit dek heeft 3 maaimessen, waarvan iedere as gelagerd is in gietijzeren lagerhouders. Het maaidek wordt elektrisch ingeschakeld en aangedreven door een dubbele riem. In hoog gras, wat veel van een mulchmaaier vraagt, konden we de motor niet ‘dood’ krijgen. Het maaidek zelf (met mulchkit) kon de grote hoeveelheden gras goed de baas.
Starten is rijhendels openleggen, handrem naar achter optrekken, PTO-schakelaar op ‘uit’ zetten en aan de contactsleutel draaien. Dan licht het kleurendisplay op met daarop de motor- en machinefuncties, motorwaarschuwingen en onderhoudsintervallen. En zodra de motor draait: de handrem naar voor klikken en de maaier inschakelen.
Door de vloerplaat te demonteren zijn alle onderdelen en smeerpunten van het maaidek vlot te bereiken. De zetel kan opklappen en dan krijg je toegang tot alle vitale componenten: hydrauliek, motorsturing enzovoort. De motor en radiator zijn langs achter bereikbaar. Deze laatste is overgedimensioneerd om ook onder warme omstandigheden voldoende koeling aan de motor te garanderen.
Ferris gebruikt traditioneel 2 brandstoftanks, met de bedoeling om ook op steile hellingen steeds een vlotte toevoer te hebben.